Austria Classic White Naarden Blank Facetglas

Afhangen van een stompe deur

Maak de deur ‘pas en arm’ in het kozijn en hanteer voor de hangnaden de onderstaande tabel maar schaaf of zaag niet meer dan 1 cm per zijde van de deur af. Onbehandeld hout en vooral MDF is gevoelig voor vocht. Zorg daarom dat het hout of MDF weer voorzien wordt van twee lagen grondverf en tenminste een afwerklaag. Vergeet vooral de boven- en onderzijde van de deur niet.

Deuren met een lengte tot 211,5 cm dienen aan tenminste 2 scharnieren en deuren tot 231,5 cm lang aan tenminste 3 scharnieren afgehangen te worden. Het hang- en sluitwerk dient bevestigd te worden met schroeven van goede kwaliteit en alle schroefgaten moeten voorgeboord worden.

Plaatsen van glas

Het glas kan met behulp van transparante beglazingskit geplaatst worden.

1. Plaats het glas nadat de deur afgehangen is, neem de deur uit het kozijn en leg deze horizontaal.
2. Glaslatten uit de deur nemen.
3. Plaats een ril beglazingskit in de sponning.
4. Plaats en verdeel het glas gelijkmatig in de sponning. Let goed op dat je bij facetglas en gestructureerd glas, de facet of structuurzijde altijd naar één kant plaatst.
5. Druk vervolgens de glaslatten aan en bevestig deze, bijvoorkeur met nietjes. Wanneer draadnagels gebruikt worden, dienen glaslatten voorgeboord te worden.
6. Zorg er voor dat het glas voldoende afgedicht is, zodat water (bijvoorbeeld schoonmaakwater) niet tussen de sponning en het glas lopen kan; dit kan schade aan de deur veroorzaken.
7. Eventueel overtollige beglazingskit laten opdrogen en wegsnijden met een scherp mesje.

Verfadvies

(uitgezonderd reeds afgelakte deuren)

Vooraf willen wij dringend adviseren de voorschriften en/of instructies van de verffabrikant op te volgen, de adviezen hieronder dien je dan ook als algemene aanwijzingen te beschouwen. Alle paneeldeuren zijn voorzien van een witte grond- verflaag. Deze deuren kunnen afgeschilderd worden met verf op alkydbasis (oplosmiddel terpentine) of met een verf op acrylbasis (oplosmiddel water). Voor beide verfsoorten gelden de volgende algemene richtlijnen:

1. Ontvet de deur, bij voorkeur met een speciaal daarvoor bestemd middel.
2. Vul gaatjes, kleine scheurtjes en vul eventuele oneffenheden met een plamuur of ander vulmiddel.
3. Licht schuren met schuurpapier (P220 of hoger) of schuurpads. Met schuurpads is het makkelijker om de profileringen van de deur te schuren.
4. Zodanig schuren dat de deur enigszins dof uitziet.
5. Schuren en ontvetten is erg belangrijk! Indien dit niet naar behoren uitgevoerd wordt, kan de nieuwe verflaag onvoldoende hechten op de grondverflaag.
6. Maak de deur stofvrij.
7. Breng de eerste verflaag aan met de kwast of roller, aan alle 6 zijden van de deur (dus ook de boven- en onderkant).
8. Na droging de deur opnieuw licht opschuren zoals onder 3 omschreven, bij voorkeur met schuurpads of fijner schuurpapier (P320 of hoger).
9. Maak de deur opnieuw stofvrij.
10. Breng de tweede verflaag aan met de kwast of roller, aan alle 6 zijden van de deur.
11. De deuren dienen bij voorkeur van twee laklagen te worden voorzien.