Impregneren is een verduurzamingsproces dat hout beschermt tegen invloeden van buitenaf, zoals vocht, schimmel en insecten. Het hout wordt met behandeld met een combinatie van chemicaliën, zodat de levensduur verlengd wordt en het hout geschikt is voor buitengebruik. Er zijn twee manieren om het hout te impregneren: vacuüm- en drukimpregnatie en dompelimpregnatie.
Vacuüm- en drukimpregnatie
Bij vacuüm- en drukimpregnatie wordt het hout in een gesloten tank geplaatst waar eerst de lucht (het vacuüm) uit het hout wordt getrokken. Hierdoor ontstaan er minuscule openingen in de houtcellen. Daarna wordt er onder hoge druk een impregneermiddel in het hout geperst. Dit zorgt ervoor dat het middel diep in de houtstructuur doordringt.
Dompelimpregnatie
Bij dompelimpregnatie wordt het hout in een bad met impregneermiddel ondergedompeld. Hierdoor trekt het impregneermiddel in de houtstructuur. Deze methode is wel minder intensief en duurt korter dan drukimpregnatie, maar biedt ook minder diepe bescherming.
Voor toepassingen buiten, zoals schuttingen of terrasplanken, is vacuüm- en drukimpregnatie de beste keuze vanwege de diepe bescherming. Deze gaat ongeveer twee keer langer mee dan bij dompelimpregnatie. Voor toepassingen binnen of op plekken met beperkte blootstelling aan weer en vocht, kan hout met dompelimpregnatie volstaan als voordelig alternatief.